"Zoals de rondingen van de golven, zo zijn die van jou." De zijdezwarte jongen en zijn blonde vriendin staan het liedje langzaam vrijend mee te zingen op het strand van Copacabana. Ze hebben niet meer dan een bikini en een zwembroekje aan.
De zon schijnt. De golven ruisen. Om hen heen een kleine honderdduizend mensen, en de band op het podium speelt. Het is nog tien minuten voordat bekend gemaakt wordt wie de Olympische Spelen van 2016 mag organiseren. Op grote beeldschermen is de voorzitter in Kopenhagen al te zien.
"Wat doen jullie als straks Madrid tóch wint?" vraag ik de geliefden. "Dan hebben we alvast een leuk feest gehad", zegt de jongen met een glimlach.
Alegria Dit is nu precies de reden waarom Rio het zo heeft verdiend, die Spelen. Het verkeer is een chaos. En de helikopter van de militaire politie cirkelt dreigende rondjes. Geweld is hier nooit ver weg. En toch. De Cariocas, zoals de inwoners van Rio heten, zijn niet kapot te krijgen.
'Alegria' roepen de mensen op het strand. Het is een woord als 'gezellig' in Nederland: onvertaalbaar. Volgens mijn Portugese woordenboek betekent het vreugde, plezier, genieten, maar het is zoveel meer. Alegria is de ziel Rio de Janeiro.
Travestieten buikdansen in hun te korte rokjes. Een groep oude mannen zit rond een emmer met biertjes te kwekken. Daar loopt een kilometers lange mulata met haar carnavalstooi op het hoofd.
"Kijk nou toch wat we hier hebben", zegt de man die prijzend zijn plastic beker naar de vrouw opheft, en dan met wijds gebaar naar de zee ende bergen wijst. "Moeten we de wereld nog meer vertellen?"
Teddyberen-stem Tien, negen, acht, zeven. De Olympische voorzitter op het scherm frutselt onhandig aan de envelop waarin de winnaar zit. De adrenaline schiet door mijn aderen. Het zal toch niet waar zijn?
"Waarom zouden de Spelen alleen in rijke landen kunnen plaatsvinden?" vroeg president Lula van Brazilië met zijn teddyberenstem gisteren nog bij de presentatie van de stad in de Deense hoofdstad.
"Waarom zou de nieuwe orde, waarin de derde wereld een stem voor zich opeist, zich niet in een evenement als dit vertalen? Geef ons een kans", zei de voormalige draaibankwerker Lula, tegen de Olympische afgevaardigden.
Duizelen Zes, vijf, vier drie. Het wil maar niet lukken met die enveloppe van voorzitter Rogge. Het giert door mijn hoofd. Nog nooit heeft een Zuid-Amerikaans land de Olympische Spelen binnengehaald. "En de winnaar is..."
Alles duizelt nu om me heen. Mensen tuimelen in elkaars armen. Ik zie mensen huilen, anderen reiken met hun armen naar de lucht. En dan het geluid. Alsof er een gigantische kurk van een fles afspringt. Ik druk een volslagen onbekende tegen mij aan. Door mijn radiosnoeren door stamelt hij: "Wie had dit nou ooit geloofd?"
"Weet u, wij waren vroeger een kolonie", zei president Lula later op de avond tegen de Olympische voorzitter. "En wij dachten altijd dat we zó klein waren. Maar nu weten we: sím podemos", zei de president, die het niet lukte om het droog te houden. Het is de Portugese vertaling van Obama's 'Yes, we can'.
Tot diep in de nacht ging het feest op Copacabana door, onder een volle maan die de schuimkoppen op de golven verlichtte. En zeg eens eerlijk. Is er iemand die het Rio misgunt?
‘Het Mexico dat Marjon en Sandra bij elkaar beleefd hebben staat in geen enkele reisgids' De Morgen
ISBN: 9789041707284 Oorspronkelijke Nederlandse uitgave: Uitgeverij Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam
Uitgave als Rainbow Pocket: februari 2009 Rainbow Pocketboek nr: 508 Prijs: € 7.95
Uitgeverij Fosfor heeft Nacht van de schreeuw opnieuw uitgegeven (Juni 2015). Nu ook als E-book (ePub zonder DRM / 178.000 woorden; leestijd ca. 15 uur / eerste druk 2005). Ook verkrijgbaar via bol.com.