De afzetting van Dilma Rousseff
Waarom de Brazilianen voor corruptie blijven stemmen
Het gaat lekker in Brazilië...
met de voorbereiding van een ‘veilig' en 'schoon’ WK voetbal in juni 2014.
De terreur van de Braziliaanse ‘pacificatiepolitie’
Nog altijd rollen de doodskoppen door Rio
Met fotos van Kadir van Lohuizen
De opstand van de vele bordjes
Kan deze beweging Brazilië echt veranderen?
Marjon van Royen: 'Het is een naar gevoel om niet meer gewild te zijn'
Marjon van Royen blijft trouw aan Rio
In Dit is de Dag vertelt ze over haar allermooiste radioreportage
Interview met Marjon van Royen in de Vara-gids
Dertien jaar erop voorbereid geweest. En dan gebeurt het echt, en toch eigenlijk niet.
Marjon van Royen is Latijns-Amerika correspondent, onder meer voor Radio 1 en het NOS-journaal. Een leven tussen corruptie, onrecht en sloppenwijken. Toch woont ze liever daar dan in Europa. 'Dit continent heeft nog veel te winnen. Dat voelt als verliefd zijn.'
Interview door Eveline Stoel in Living, maart-april 2007. (PDF)
"Laatst was ik met een collega-journalist bij een stelletje koppensnellende indianen, waar we ons voordeden als illegale diamanthandelaren. Als die grapjassen dan vertellen dat ze 'de witte man gegeten hebben', denk ik wel: Oeps. Daar zit ik dan in dat reservaat, voor hetzelfde geld hakken ze je in mootjes."
Journalist Marjon van Royen (1957) vertelt het lachend, maar is zich terdege bewust van de risico's die ze loopt "Ik heb een hekel aan roekeloze journalisten", zegt ze. "Angst moet altijd je leidraad zijn, daardoor overleef je. Maar gevaar weerhoudt me er niet van om op nieuws af te stappen, nee. Begin jaren negentig vroeg de hoofdredacteur van NRC Handelsblad aan de redactie: ‘Wie wil er naar Bosnië?' Ik stak mijn vinger op, maar hij zei: 'Niemand dus.' Na de derde keer riep ik: ‘Hoezo ben ik niemand?' En hij stamelde: 'Maar je bent een vróuw, er kunnen daar bepaalde dingen met je gebeuren.' Nadat ik had beloofd dat ik ze dat niet zou aanrekenen, kon ik gaan. Natuurlijk was ik bang, maar ik wilde ook graag. Heel Europa stond op zijn grondvesten te schudden, dan wil je toch weten waaróm? Dat heb ik nog steeds. Als ik me iets aantrek, zit ik er het liefst met mijn neus bovenop. Dat geeft me het gevoel de dingen meer in de hand te hebben."
'In Italië ontmoette ik mensen die zeiden: "Ga eens een beetje genieten, trut". Dat is mijn grote levensles geweest'
Sinds 1999 woont ze in Rio de Janeiro, als freelance Latijns-Amerikacorrespondent voor Radio 1 en het NOS-journaal. Niet in het rijke deel van de stad, maar bewust in de favelas, de uitgestrekte sloppenwijken. "Ik heb me nog nooit ergens zo thuisgevoeld", vertelt ze. "Niemand wil daar wonen, dus ik heb voor een habbekrats een prachtig oud huis kunnen kopen. Vanaf mijn terras op de berg zie ik dat beroemde, metershoge Christusbeeld en 's nachts is de sloppenwijk met al z'n lichtjes net een kerstboom. De gewone Braziliaan komt daar niet, maar als je dat wel doet, ontdek je hoe leuk het er is. Ik ga er vaak biertjes drinken en een potje biljarten, en wordt met open armen ontvangen. Dat vind ik opmerkelijk. Sloppenwijkbewoners worden gediscrimineerd, beschoten, ze worden bij wijze van spreken gezien als een lager ras, en toch is het daar vaak feest. Kun je nagaan hoe fantastisch die mensen zijn."
KRACHT
Ze is even terug in Nederland en logeert bij haar vriend in Amsterdam, met wie ze al tien jaar een 'inter-oceanische latrelatie' heeft. Hij heeft hier een leuke baan, zij wil niet terugkomen. "Nederland is maar een klein deeltje van de wereld", verklaart ze. "En ik wil de wereld proeven, snuiven, voelen." Dat doet ze. Marjon van Royen zag rondtrekkende circusartiesten, utopische villawijken en uitbundige feesten, maar ook een hoop ellende.
Vaak rapporteert ze over mensen die overleven onder barre omstandigheden. Over jonge Brazilianen die vrijwel automatisch de drugshandel in rollen. Over Mexicanen die hun leven wagen omdat ze naar Amerika willen. Of over Colombiaanse indianen die het terrein van hun werkgever niet mogen verlaten. Maar van zielige verhalen houdt ze niet. Marjon van Royen: "Het overgrote deel van de wereldbevolking leeft dagelijks met vragen als: 'Hoe geef ik mijn kinderen te eten?' en 'Waar haal ik mijn recht?' Dingen waarover wij hier niet nadenken. Onze ramen zijn gesloten en ik wil daar een koevoet tussen zetten. Ik wil die mensen weer maken zoals jij en ik. In de verslaggeving over Bosnië zag je constant hoofddoekjes, terwijl dat ter plaatse reuze meeviel. Die vrouwen maakten rouge door bakstenen over elkaar te wrijven, ze prikten in hun vinger om 'lippenstift' te maken en maakten hun ogen op met verkoolde stokjes. Zo gingen ze naar het Rode Kruis om hun bordje soep te halen en dan zeiden ze: 'We gaan naar het restaurant'. Dat is kracht. En dat moet je óók laten zien, anders krijg je een vertekening van de werkelijkheid.'
'Natuurlijk is er veel ellende op de wereld. Maar de wereld is ook een hogedrukpan waarin de prachtigste dingen te zien zijn'
Een goed voorbeeld is haar boek De nacht van de schreeuw, waarin Marjon van Royen schrijft over de drie jaar dat ze in Mexico-City woonde, eind jaren negentig. Ze raakte er bevriend met de indiaanse kokkin Sandra Romero, in meerdere opzichten haar tegenpool: analfabeet, arm en onderaan de maatschappelijke ladder. Sandra moet de 'beschermers' van haar sloppenwijk betalen om in haar bouwval te mogen blijven, haar dochtertje wordt ontvoerd en als haar baas ontdekt dat ze kinderen heeft, wordt ze ontslagen. Toch blijft ze geloven dat het ooit beter wordt en kan ze lachen om de narigheid die haar overkomt. "Ik ben elke keer weer zo onder de indruk van mensen in derdewereldlanden", zegt Van Royen. "Vaak hebben ze enorm veel humor. Voor mij is dat een teken van zelfkennis. Misschien wordt in Nederland daarom zo weinig gelachen; wij missen dat."
LEREN GENIETEN
In Mexico ontkwam ook zij niet aan de duende, de plaaggeest aan wie Sandra haar ongeluk toeschreef. Van Royen kreeg er te maken met corrupte ambtenaren, gewapende overvallers, hypocriete charmeurs, stelende huisgenoten, politieagenten die haar dwongen om geld te pinnen en een taxichauffeur die haar bijna verkrachtte. Hoeveel kan een mens verdragen? "Die mensen daar kunnen het toch ook?", antwoordt ze bijna verbaasd. "Tienduízenden vrouwen worden verkracht, honderdduizenden mensen worden beschoten. Ja, ik kan denken: ‘Ik ga lekker terug naar Nederland, daar is het veilig en goed georganiseerd', maar hoe langer ik dit werk doe, hoe minder ik dat heb. Als je daar woont, vereenzelvig je je automatisch met mensen dáár. En ik hou mezelf de stompzinnige gedachte voor dat opschrijven iets bijdraagt. De dag dat ik daaraan twijfel, ben ik weg."
Ze begon met schrijven nadat ze min of meer toevallig in Italië was beland. "In de jaren tachtig was ik actief in de kraakbeweging en bij de FNV", vertelt ze. "In mijn hoofd was dat niet tegenstrijdig, maar die bewegingen vonden van wel. Toen ze erachter kwamen, trapten de krakers mijn huis in elkaar en liep het af bij de FNV. Dus dacht ik: Wegwezen. Ik kocht het goedkoopste ticket naar de zon en toevallig was dat Rome." Ze ging er in een pizzaria werken en begon stukjes te schrijven voor De Groene Amsterdammer. "Italië was een openbaring", zegt ze. "Ik kom uit een zeer calvinistisch nest en dan is zo'n katholiek land een verademing. Ik ontmoette er mensen die zeiden: 'Ga eens een beetje genieten, trut'. Ik zag er dat eten, vrienden en seks, fundamentele onderdelen van het leven zijn. Dat het niet alleen maar draait om carrière. Dat is mijn grote levensles geweest."
In de tien jaar dat ze in Italië woonde, rapporteerde ze onder meer over vriendjespolitiek, smeergeldaffaires, de opkomst van Berlusconi en verkiezingsfraude. Het vormde de basis van haar eerste boek, Italië op maandag. "Het was de tijd van de Toscaanse boerderijtjes en iedereen was lyrisch over Italië", vertelt ze. "Maar vanuit je vakantieboerderijtje zie je toch andere dingen dan de journalist die er heeft gewoond. Ik wilde laten zien dat Italië er op maandag anders uitziet dan op zondag."
VERLIEFD GEVOEL
Ook al bericht ze vaak over de schaduwkanten van het leven, Marjon van Royen heeft geen negatief wereldbeeld. "Ik vind de wereld fascinerend", zegt ze. "Natuurlijk, er is veel ellende, maar de wereld is ook een hogedrukpan waarin de prachtigste dingen zijn te zien. Hoe je daar oog voor houdt? Tja, misschien is het een keuze. Omdat je anders depressief wordt. Gramsci stelde het negativisme van het verstand tegenover het optimisme van de wil, en daar kan ik me erg in vinden. Als je humor hebt, als je kan lachen en genieten, dan is dit korte bestaantje dat wij hier op aarde hebben meer de moeite waard. En ik ben daar enorm naar op zoek."
Ze lijkt het te hebben gevonden in Latijns-Amerika. "Ik schrik als op Schiphol mijn karretje valt en een man zegt: 'Kijk toch uit je doppen, mens'. Ik ben gewend dat als je sorry zegt en je hand op je hart drukt, dat mensen dat accepteren. Een lawaaipapagaai zoals ik past beter bij latino-landen. En Latijns-Amerika telt tweeëndertig landen, dus voorlopig verveel ik me niet.
'Ik sta met mijn snufferd middenin de geschiedenis. Dat vind ik zó'n privilege. Ik zou het nergens voor opgeven'
"Er is daar iets interessants aan de hand. Al die landen zoeken op hun eigen manier naar vernieuwing, naar een middel om onder het juk van het neo-liberalisme uit te komen. Venezuela heeft die schreeuwende Chávez, in Brazilië is na eeuwen elitebestuur voor het eerst een arbeider aan de macht, in een macholand als Chili een vrouw, in Boliva een indiaanse cocaboer. Dat ís me een revolutie. Waanzinnig. Het is zo spannend wat daar gebeurt. Ik mag dat allemaal meemaken, sta met mijn snufferd middenin de geschiedenis. Dat vind ik zó'n privilege, ik zou het nergens voor opgeven.
"Het mooie van Latijns-Amerika is dat mensen er nog wat te winnen hebben. Dat is een verliefd gevoel. Europa is een uitgeblust huwelijk dat een beetje mopperig op de bank zit. Het gaat alleen maar om ons, ons, ons, en nu het maximale is bereikt, zijn mensen bang om dat te verliezen. Latijns-Amerika is jong. Er gebeuren daar verschrikkelijke dingen, maar overal proef je de verliefdheid van het verlangen. Dat is leuker dan uitgekakt op de bank zitten - zeker voor zo'n ouwe bes als ik."
HELPEN
Ze kan zich kwaad maken om de misstanden die ze tegenkomt. "Zoals het nu in de wereld is geregeld, komt de derde wereld er natuurlijk nooit", zegt ze. "Nederlandse pornobazen die in Brazilië meisjes misbruiken, krijgen van onze ambassade een noodpaspoort zodat ze kunnen ontsnappen naar Nederland, waar ze een taakstraf krijgen. Een taakstraf! Stel je voor dat het meisjes uit Deventer waren geweest. De schuldenkwestie: Brazilië moet driekwart van zijn belastininkomsten betalen aan Nederlandse banken. Schandalig. En dan die landbouwsubsidies van de EU, daar kan een keuterboertje nooit tegenop. Ik ben helemaal voor een vrije economie, maar maak hem dan ook echt vrij. De Wereldbank heeft berekend dat je met vrije handel tien keer meer kan bereiken dan met alle ontwikkelingshulp bij elkaar. Zo simpel is het. Onze politieke partijen doen daar niets aan omdat niemand druk op ze uitoefent. Mensen hier zouden moeten zeggen: jongens, dit kan toch niet? Het zou al helpen als consumenten bewuster boodschappen deden. Koop bijvoorbeeld Max Havelaar-koffie. Koffiebonen worden nu tegen afbraakprijzen gekocht in met name Colombia, Bolivia en Brazilië. Maar de bewerking ervan, waar je aan verdient, vindt plaats in Duitsland of Zwitserland."
Ze vindt het belangrijk om mensen de ogen te openen, maar is de eerste om toe te geven dat haar werk haar leven ook gewoon spannend maakt. Ooit bezocht ze in haar eentje een gebied vol gewapende paramilitairen en ze was erbij toen de Colombinaanse guerillagroep FARC middenin de jungle een groepje gijzelaars vrijliet. Staat ze ooit stil bij wat er mis zou kunnen gaan? Ze denkt er een tijdje over na en zegt dan: "Impliciet zit achter mijn levensstijl misschien iets van: 'Laat me in godsnaam niet oud worden'. Want daar moet ik niet aan denken, mezelf achter de rollator. Ik zou ongelukkig worden van de hele dag stilzitten en boeken lezen. Dus misschien moet ik gewoon jong dood. Of jong, laten we zeggen dat ik mezelf de fase van het bejaardentehuis niet zie halen. Ik doe het er niet om, hoor, maar ergens zit dat erachter, ja: liever kort en intens, dan lang en saai. Wel ben ik de laatste jaren meer tot rust gekomen. Door dat huis in Rio ben ik een beetje geland. Ik heb mezelf op die betoverde berg gezet en geniet als ik 's avonds vanaf mijn balkonnetje naar de lichtjes van de sloppenwijk kijk. Dan hoor ik krekels en staat de maan boven het Christusbeeld. Als ik een kat was, zou ik spinnen."
Mini-biografie Marjon van Royen1957 Geboren in Den Haag
1957-1975 Groeit op in Brussel
1975-1980 Sociologie aan de Universiteit van Amsterdam
1981-1990 Correspondent in Italië voor de Groene Amsterdammer en VPRO-/VARA-radio
1990-1996 Redactie NRC Handelsblad, reist regelmatig naar de Balkan
1996-1999 Freelance correspondent vanuit Mexico, o.a. voor het NOS-journaal
1998 Eerste boek: Italië op maandag
1999-nu Freelance correspondent vanuit Brazilië
2004 Tweede boek: De nacht van de schreeuw
2005 Radio 1 Publieksprijs voor reportage over Braziliaanse sloppenwijk
5x Marjon van Royen
1) 'Nederland is een perfecte bibliotheek. Je kunt hier alle tijdschriften uit de kast trekken, de verwarming is aan en er staat een koffieautomaat. Alles is er en alles werkt. Hadden mensen dat maar een beetje door, dan zouden ze het meer waarderen.'
2) 'Ik geloof dat het goed komt met de wereld. Eens in de zoveel tijd staat er een generatie jongeren op die vindt dat het anders moet.'
3) 'Ik zou geen goede hulpverlener zijn, want ik heb geen geduld. Maar ik heb diep respect voor mensen die hun leven wijden aan het verbeteren van slechte situaties. Het is dat ik niet geloof, maar eigenlijk zijn het heiligen.'
4) 'Ik vind het best jammer dat ik geen kinderen heb, maar mijn generatie moest alles opofferen om carrière te kunnen maken. Tegenwoordig mag je moederschap en werk wel combineren en ik ben blij dat ik daaraan heb bijgedragen.'
5) 'Ik ben van het Edith Piaff-motto: Je ne regrette rien. Ik leef intens en heb nergens spijt van.'
‘Het Mexico dat Marjon en Sandra bij elkaar beleefd hebben staat in geen enkele reisgids' De Morgen
ISBN: 9789041707284
Oorspronkelijke Nederlandse uitgave:
Uitgeverij Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam
Uitgave als Rainbow Pocket: februari 2009
Rainbow Pocketboek nr: 508
Prijs: € 7.95
Uitgeverij Fosfor heeft Nacht van de schreeuw opnieuw uitgegeven (Juni 2015). Nu ook als E-book (ePub zonder DRM / 178.000 woorden; leestijd ca. 15 uur / eerste druk 2005). Ook verkrijgbaar via bol.com.
Omslagillustratie: Wim Hardeman