Met de dag wordt deze missie interessanter en heftiger. Maar na deze dag is er wat wel wat veranderd. We maken vandaag een item over de dood. Heftig, maar dagelijkse realiteit hier. Een indrukwekkend item waar traditie een grote rol speelt in de Haïtiaanse gemeenschap. We rijden van hot naar her door de stad.
Zondag 24 januari 2010 - Port-au-Prince, Haïti. Marjon vraagt aan onze fixer om naar een groot massagraf te rijden om zo daar haar stand-up te kunnen doen, omdat dit item dus over de dood gaat. Natuurlijk doen we dat met in mijn gedachte dat een massagraf iets is als een kleine begraafplaats voor een hoop mensen, kort gezegd en er hopelijk niets te zien is.
Als een nare lucht onze auto vult, vermoeden we dat we in de buurt zijn en dat idee wordt bevestigd als we zien dat daar bijna iedereen met mondkapjes loopt.
De hekken van deze begraafplaats liggen platgebogen op de grond, waardoor je zo het terrein oploopt. Bij elke centimeter die ik het terrein oploop, lijkt de lucht twee maal penetranter te worden. Plots voel ik mijn maag. Ik had nog niets gezien maar ik had een vermoeden. Totdat ik een paar meter verderop een aantal benen en armen zie uitsteken.
De lijken lagen opgestapeld en totaal toegetakeld op een grote hoop in een groot gat. Ik weet niet wat me overkomt. Moraliteit steekt de kop op: kan ik dit wel draaien? Kan ik dit niet draaien? Wil ik dit überhaupt wel of bedank ik voor deze gelegenheid. Ik loop naar de auto, pak iets om mijn gezicht te bedekken, ik ga het draaien! Dit moet gezien worden.
Parfum Ik pak een t-shirt want ik kon niets anders vinden. De graflucht is werkelijk niet te verdragen. Zelfs met mijn neus dicht bereikte het mijn zintuigen. Ongelofelijk. Ik bind het t-shirt om mijn hoofd om mijn neus te bedekken, spray parfum op, wat Marjon heeft meegenomen, omdat ze ervaring heeft in dit soort gebieden waar je met andere geurtjes de lijklucht zou kunnen verdoezelen.
Ik begin te hoesten maar dat was niet door de lucht, maar door iets te grote hoeveelheid parfum die ik op het t-shirt had gespoten. Het is zo ondraaglijk dat de mix van parfum en stank een bedwelmende werking krijgt.
Ik loop over het losse zand van de begraafplaats op wat tevens het begin van het massagraf is. Dat heb ik in eerste instantie niet door, tot ik bijna struikel over een homp vlees. Ik kijk er goed naar, maar kan niet goed zien wat het was tot Roel het mij uitlegt. Het was een rompje met benen, maar zonder voeten van een, ik schat 3-jarig kindje. Het bloed trekt weg uit mijn hoofd.
Details Verlamd loop ik verder, realiserende dat er geen weg meer terug was. Ik zoom in op de geul en daar ligt wat je zelfs niet in de ergste horrorfilms ziet. Ik wil alleen maar kijken door mijn viewfinder, want daarin lijkt (hoe gek dit ook klinkt) alles kleiner. Licht in mijn hoofd loop ik terug naar de auto waar ik Marjon zeg dat we de stand-up gaan doen, maar dat ze niet om zich heen moet kijken, want het graf is op zijn minst gezegd voor een groot gedeelte niet bedekt.
Na de standupper moest ik daar blijven staan want ik had niet genoeg materiaal om het item te coveren en liep dus terug het graf over tussen de armen, benen en baby’s om alles gedetailleerder in beeld te brengen.
Dit is het ergste wat ik ooit gezien heb. Ik krijg een steeds beter beeld wat hier gebeurd is, bijna 2 weken geleden. Na deze horror stap ik in de auto en met een brok in mijn keel rijden we terug naar huis en kijk ik met opengedraaid raampje naar buiten alsof ik een ramp voorbij heb zien komen!
‘Het Mexico dat Marjon en Sandra bij elkaar beleefd hebben staat in geen enkele reisgids' De Morgen
ISBN: 9789041707284 Oorspronkelijke Nederlandse uitgave: Uitgeverij Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam
Uitgave als Rainbow Pocket: februari 2009 Rainbow Pocketboek nr: 508 Prijs: € 7.95
Uitgeverij Fosfor heeft Nacht van de schreeuw opnieuw uitgegeven (Juni 2015). Nu ook als E-book (ePub zonder DRM / 178.000 woorden; leestijd ca. 15 uur / eerste druk 2005). Ook verkrijgbaar via bol.com.